Onderhoud landgoed

Het leven op een historisch landgoed gaat gepaard met veel onderhoud. Zo wordt voorkomen dat tal van zaken in verval raken en blijft Hindersteyn een aantrekkelijke locatie voor haar bezoekers. Hieronder leest u wat er zoal wordt aangepakt en verbeterd.

Nieuwe treillage

Het creëren van een illusie door het gebruik van smalle houten latjes die op een bepaalde wijze aan elkaar bevestigd zijn, wordt op zijn Frans’ “treillage” genoemd. In Nederland heet zoiets gewoon latwerk.  Dit concept is al vanaf de 17de eeuw toegepast om een ruimte vorm te geven zowel binnen als buiten, al of niet met klimplanten.

Treillage van David Hickes

In 1990 kwam de restauratie van het kasteel gereed. De achtergevel had een verandering ondergaan: een horizontale houten lijst was komen te vervallen. Maar nu zag het er wel wat kaal uit. Een treillage zou uitkomst bieden. In een Engels tijdschrift had ik een voorbeeld gezien van latwerk in neo-gotische stijl van de hand van architect David Hickes op zijn huis The Grove in Oxfordshire. Mijn vader zag er wel brood in en ging in de werkplaats aan de slag. Dit latwerk heeft het dertig jaar volgehouden, maar er vielen steeds meer onderdelen vanaf. Tijd dus voor een nieuwe uitvoering.

De verslechterde situatie

Een van onze vrijwilligers, Jan van Rossum, is erg handig en met zijn hulp hebben wij de oude constructie gekopieerd. Het hoofdframe is van gewolmaniseerd hout gemaakt en de schuine latten van Douglashout. Aan de boven zijde is een bekroning gekomen, afgedekt met lood. Deze zorgt voor enige bescherming tegen inwateren van boven af. Het meeste werk was het realiseren van de ronde vormen: de driepas en de gebogen vorm langs de bovenlichten zijn gemaakt van een oud spant van een boerenschuur.

De vernieuwde treillage

Het geheel moesten wij in segmenten ophangen aan haken met steunhoekijzers aan de onderzijde om voldoende stevigheid te krijgen voor de weer uitlopende blauweregen. Klaar voor de volgende dertig jaar.

Einde 140 jaar oude kastanje

Op 20 januari 2018  is er een einde gekomen aan het bestaan van de eens zo prachtige Paardenkastanje (Aesculus hippocastanum) die in 1881 was geplant.

De kastanje-mineermot en de bloedingsziekte hebben deze oude reus helaas geveld. Gedurende de laatste jaren kwamen er steeds minder bladeren aan de takken en een paar jaar geleden hebben we de top eruit gezaagd.

De kastanjes in betere tijden

Begin jaren tachtig heeft de fa. Copijn uit Utrecht nog stalen kabels aangebracht om de kruin te fixeren. Dat heeft destijds geholpen, maar het was bij het vellen wel noodzakelijk daarmee rekening te houden aangezien er dan spanning op de verschillende takken komt te staan. Het restant van de boom was daarna in een mum van tijd tegen de vlakte gewerkt. Zo snel bezweek het verzwakte hout, dat er niet voldoende tijd was om filmpje te maken. Toch kwam er nog erg veel hout vanaf. Een bordje‘’gratis hout’’, geplaatst voor in het park leverde veel belangstelling op, waardoor binnen drie dagen al het hout was opgehaald. Helaas gaan we dit scenario nog een keer mee maken omdat aan de andere zijde van het gazon een 100-jarige eik al enkele jaren steeds minder blad droeg en dit jaar opeens helemaal geen bladeren meer kreeg. Over de oorzaak hebben wij helaas tot nu toe nog geen duidelijkheid kunnen krijgen.

Omdat het park hierdoor wel een zeer open aangezicht krijgt, gaan wij vervangende bomen planten.

Milieuvriendelijke schutting

In de meeste tuinen is er vaak wel een hoek die men eigenlijk niet wil zien, bijvoorbeeld de plek van een composthoop of de kliko’s. Op een buitenplaats doet zich dat ook voor, alleen is het dan wat omvangrijker. Al jarenlang hebben wij zo’n plek achter de houtloods in het bos buiten de gracht. Inmiddels is het daar behoorlijk opgeschoond en veel is afgevoerd, maar toch moet materiaal behouden blijven voor “je weet maar nooit” situaties.

Om dit allemaal aan het oog van gasten en wandelaars te onttrekken zijn wij bezig met een omheining, uiteraard zoveel mogelijk passend in de omgeving. Gekozen is voor een schutting van brede “geteerde” Douglas-spar planken. Ter voorkoming van vroegtijdige rot bij de grens aarde/lucht op de vierkante eikenhouten palen is het verstandig om deze overgangsplek te prepareren. Door behandeling met een gasbrander ontstaat een verkoolde bovenlaag, waarin wormpjes en torretjes niet gedijen. Een milieuvriendelijke en tevens goedkope oplossing, die al in vroeger tijden door boeren gehanteerd werd voor hun weidepalen.

De schuttingplanken zijn op de lange kant schuin afgezaagd opdat het regenwater er vanaf drupt. En de wind zorgt er voor dat er geen water blijft staan, zoals wel het geval zou zijn met een messing & groef verbinding. Deze bevestigingswijze van schuttingplanken is nog te zien op een oude schutting in de moestuin van kasteel Rhijnestein in Cothen. Een historische bouwwijze, eveneens door ons toegepast voor de schuttingen in onze moestuin. Na bevestiging van latwerk ten behoeve van leifruit op de schutting is authenticiteit weer gerealiseerd.

Pergola

De opvallende zuilen die nu een pergola vormen ter weerszijde van de Oranjerie-tuin hebben een verhaal!

Deze acht Korinthische gietijzeren zuilen zijn afkomstig van het Centraal Station in Utrecht. In de jaren zeventig van de vorige eeuw is een deel van de 19de eeuwse spoorwegoverkapping gesloopt om plaats te maken voor Hoog Catharijne en de traverse van en naar de Jaarbeurs. De zuilen lagen in 1979 ogenschijnlijk ongebruikt langs het spoor. Tijdens een treinrit naar Utrecht viel mijn oog erop en een briefje naar de NS-burelen deed uiteindelijk wonderen: vooralsnog wilde de NS deze monumentale zuilen zelf gebruiken, maar na een jaar kreeg ik alsnog bericht met de vraag of wij ze toch wilden overnemen. Voor honderd gulden per zuil werd de deal gesloten. De oud ijzerprijs lag ook toen al hoger, want ze zijn loodzwaar en alleen met behulp van een hijskraan te verplaatsen. In 1980 hebben wij de zuilen toegepast in de tuin.

Bij het spoorwegmuseum in Utrecht staan nog enkele exemplaren ter ondersteuning van een toiletgebouw. In 2013 zijn de resterende zuilen, die op perron 11 hun functie nog steeds vervulden, verwijderd en afgevoerd naar een nieuwbouwproject in de Drechtsteden, alwaar ook deze gelukkig een tweede leven tegemoet gaan.

Op Hindersteyn begrenzen de zuilen de tuin voor de Oranjerie. Met een begroeiing van klimplanten geeft het deze zonnige plek een intieme sfeer. Niet voor niets is dit het centrum waar festiviteiten plaatsvinden.

Kuipplanten

Het park van Hindersteyn wordt in de zomermaanden opgefleurd door tientallen kuipplanten. Ook grote, nu 50 jaar oude, palmen staan voor en achter het kasteel en geven de tuin een 19e-eeuwse uitstraling. In de wintermaanden staan deze kuipplanten binnen in de Oranjerie; een gebruik op buitenplaatsen sinds 1600 en zo ook op Hindersteyn sinds 1881.

Behoudens dat de kuipplanten iedere dag water nodig hebben, zijn zij op enig moment ook toe aan een nieuwe kuip. In 2014 hebben de vederpalmen [Phoenix canariensis] al een nieuwe gekregen en dit najaar was het de beurt aan de waaierpalmen [Trachycarpus fortunei]. Hun vierkante, taps toelopende kuipen zijn speciaal vervaardigd door een smid, zodanig dat de houten zijschotten vervangen kunnen worden als deze verrot zijn. Vervolgens is het een kwestie van de kluit losmaken van de kuip, het ijzeren geraamte ontdoen van de verrotte planken, ijzerwerk behandelen en verven, waarna de nieuwe houten zijschotten er in gezet kunnen worden. Natuurlijk ook nog even de potkluit ontdoen van overtollige wortels en deze, met wat nieuwe aarde, weer terugplaatsen in de kuip. Dit klinkt allemaal eenvoudig, maar zonder ons 1 tons kraantje zou het toch rugklachten gaan opleveren.

Echter, de palmbomen kunnen nu gelukkig wel weer minstens 10 jaar vooruit.

Onderhoud grindpaden

Sinds eind 2016 is de rand van het grindpad langs het gazon van het park voor het kasteel voorzien van stalen strips. In november is met hulp van vrijwilliger Jan de laatste hand gelegd aan deze klus.

In vroeger tijden was dit de route die de koetsier nam om het rijtuig naar het koetshuis te brengen. Men kwam binnen via het poortgebouw, toentertijd de enige toegang. De koetsier stopte voor het kasteel, zodat passagiers door de officiële voordeur naar binnen konden gaan. Waarna de koetsier zijn weg vervolgde naar het koetshuis om de paarden uit te spannen en het rijtuig binnen te stallen.

Het is lastig om een grindpad geflankeerd door gras netjes te houden omdat grind altijd verschuift en het gras er overheen groeit. Dit laatste probleem werd vroeger verholpen door de tuinlieden met de bekende kantensteker. Tegenwoordig wordt meer gebruik gemaakt van staalbanden. Deze worden half ingegraven langs het grindpad, enkele centimeters boven het grind uitstekend maar de rand op gelijke hoogte met het gazon.

De stalen strips van 3 mm dik, 10 cm hoog en 6 m lang zijn relatief gemakkelijk te plaatsen. Omdat ze niet in een rechte lijn behoeven te worden ingegraven maar de Engelse landschapsstijl-rondingen van het gazon moeten volgen, kantelen ze niet.

Totaal is er 250 meter staalband langs de paden gelegd, mede waardoor het park er nu strak en verzorgd uitziet en het in de toekomst gemakkelijker zal zijn om dit ook zo te houden.